Dag 1 : Ternat – Bolbec
Donderdag. Diane moet nog een dagje werken, Koen heeft een dagje recup na zijn laatste “zware” wachtweek; de laatste Infrastructuur-wacht – baai de weej… Allee, recup. ’t Is te zeggen. Koen gaat een dagje “Vierdaagse van de Ijzer” meepikken en trekt naar Poperinge. Kunst is op tijd thuis te zijn om uiterlijk om 18 te vertrekken naar Bolbec. Daar boekten we immers een kamertje in hotel “Relais de l’Etretat. Bedoeling is om vrijdag de ferry van 16h00 te halen (die ons naar Belle-Île moet brengen) met een frisse kop. 388 km later en iets na tienen checkten we in. Het was een kleine, goedkope kamer. Toch maar om te slapen en te ontbijten…
Dag 2 : Bolbec – Sauzon (Belle-Île)
Na een goede nachtrust, een korte douche en een riant ontbijt (naar franse normen) waren we klaar voor de laatste 448 km naar het schiereilandje Quiberon.
We hebben gereserveerd voor de overtocht van 16h00. Om 13h45 waren we al aan de haven. Gelukkig was de ferry niet volgeboekt en konden we onze tickets omboeken naar de ferry van 14h30. De meisjes aan de balie waren een beetje aan de luie kant want ze boekten enkel de wagen om; wij moesten dus de boot van 16h00 nemen. Koen’s charmes volstonden om toch mee te mogen zonder omboeking…
’t Was schitterend weer dus namen we plaats op’t bovendek.
Een kleine 3 kwartier later landden we in Le Palais. Sauzon ligt 7 km verderop. Het was even zoeken naar het hotel; althans naar de ingang. We kregen de sleutels en toen we de kamer wilden betreden zagen we dat ze nog niet klaar was. Een kort bezoek aan de bar was voldoende om onze kamer te kunnen betrekken. Aan de recepte werd Diane gefeliciteerd met haar verjaardag… maar een fleske champagne / schuimwijn kon er persies nie van af. Pffff. 🙂 Er stond wél een karaf kraantjeswater klaar… Van vrijgevigheid gesproken…
Na een korte verkenning in Sauzon (de beentjes moesten dringend worden losgegooid) konden we aanschuiven voor een schaaldieren-buffet in het hotel. Man man man; wa was da! Blijkbaar zijn “tangen” pure garnituur; iedereen zit tóch met zijn vettige poten rechtstreeks in’t buffet te grabbelen… bweikes. Bye bye appetijt…
Gelukkig waren er ook “maagdelijke” gerechten waar we ons toch hebben kunnen aan bedienen.
Na een Calvadoske in de bar (we zijn in Bretagne) stond ons bedje op ons te wachten. Sloppel.
Dag 3 : Sauzon – Kervilahouen (GR340)
Vandaag vroeg uit de veren. We ontwaakten rond 7:00, na niet zo’n goeie nacht. De kaasschotel van gisterenavond had samen met de Calvados gezorgd voor wat gevechten rond de maagstreek.
We waren bij de eersten die aanschoven aan de ontbijtdis. Ook hier serveerden ze voor Franse normen een royaal ontbijt. Met eitjes klaargemaakt naar eigen keuze en pannekoeken om U tegen te zeggen. Dit allemaal klaargemaakt on-the-fly. Voor Koen een omeletje met bacon en kaas en voor mij een spiegeleitje. Toegegeven, de chef kok was precies niet van de rapste, maar het resultaat was lekker.
Na het ontbijt maakten we ons klaar voor onze eerste wandeling op het eiland. We zouden vandaag het eerste stuk van de GR340 gaan doen : Sauzon – Bangor.
De weersvoorspelling waren niet supergoed, maar die zouden onze plannen niet dwarsbomen. Na ons eerst te voorzien van een belegd stokbroodje van de lokale bakker startten we onze wandeling. We volgen de typische GR-aanduidingen : twee horizontale lijnen rood en wit. Als er moest afgeslagen worden kwam er onderaan nog een witte lijn bij die de richting weergaf. Een witte lijn met een doorkruiste rode lijn gaf aan dat dit niet de richting was.
We ondervonden al zeer snel dat het een zware tocht zou worden. Heel veel hoogteverschil, met toch hier en daar serieus wat klefferwerk.
Ongeveer een uur na onze start bereikten we de vuurtoren aan de ‘Pointe des Poulains’. Volgens het boekje zouden we daar 4,5 km verder zijn, volgens de gps hadden we bijna 6 km in de benen toen we het schiereilandje verlieten.
Prachtige natuur. Onze eerste kennismaking met Belle-Ile was dik OK. Na twee uur stappen moest ik mijn steunzolen verwisselen voor de zooltjes die meegeleverd waren met mijn schoenen. Dit omdat ik mijn steunzolen nog gewoon moest worden. Vaneigens had ik de tijd uit het oog verloren en waren het bijna drie uur geworden. Soit ik had er geen last van gehad. Daarna ging de tocht verder langs talloze mooie baaien. Telkens we een landtong over moesten, ging de baan redelijk steil naar beneden om vervolgens even steil terug te klimmen. Bij een mooi ruïneke besloten we te lunchen. Het was intussen al na 13:00 en we hadden bijna 13 km gestapt. Volgens de planning nog 17 te gaan. Koen at met lange tanden. Tegen zijn gewoonte in had hij helemaal geen honger.Ik daarentegen liet het mij smaken, doch ook ik kreeg mijn broodje niet op. Ik spaarde het maar voor later op de dag.
Hierbij de signalisering van het wandelpad.
Ik in actie.
Onder de baan stonden er regelmatig bordjes die de richting aanduidden en ook info gaven van het aantal km dat we verwijderd waren van de aangeduide locatie. Koen in actie.
Enkele kilometers voor het eindpunt besloten we, wegens watertekort (we hadden beiden bijna onze kruiken volledig leeggezopen) onze tocht wat in te krimpen. We trokken landinwaarts zodat we iets vroeger dan voorzien bij de vuurtoren van Kervilahouen aankwamen. De 247 trappen bestijgen zit er voor vandaag niet meer in, helaas… Enkele 100 meters verder ploften we ons neer bij de enige bar in de omtrek en dronken er een lekkere ‘veel-te-dure’ pint. Om thuis te geraken namen we de Belle-île bus. € 2,50 per ritje. Met lijn 4 reden we tot in Le Palais en met lijn 1 tot aan ons hotel. Toen we van de bus stapten dachten we dat al deze lekkernijen voor ons waren. Spijtig genoeg was dit niet zo. Er was blijkbaar een huwelijksfeest met zeer kleurrijke mensen met nog kleurrijkere kledij aan de gang. Dat beloofde voor de nacht. Omdat het ‘oude wijven’ regende besloten we om ook vandaag in het hotel te eten. Eigenlijk waren het de mosseltjes die ons over de streep trokken. Ook vandaag weer een lekker dessertje..Hierna kapten we ons af in bed. En zoals we dachten, we konden nog tot een kot in de nacht meegenieten van de muziek op het huwelijksfeest.
Dag 4 : Sauzon – Kervilahouen – Locmaria – Phare de Poulains
Vandaag, zondag, rustdag. We moesten een beetje bekomen van de excessen van gisteren.
Waar we gisteren geen moed meer voor hadden, hebben we vandaag dan toch aangedurfd. De 247 trappen van de Phare de Goulphar.
Buiten adem bereikten we de top van de toren. Het uitzicht was de moeite waard.
We besloten vanaf de vuurtoren het baantje naar de zee te nemen. Eens aan het strand hebben we een stukje gelopen langsheen de kust van Port Coton.
Na ons bezoek aan de Phar de Goulphar reden we verder naar Locmaria.
Eens ter plaatse prospecteerden we de omgeving in het kader van onze uitstap van morgen zouden. De parkeerplaats van de auto hadden we al gevonden.
We besloten om terug te rijden naar het hotel alwaar we ons aan het strand op ons gemak zouden leggen. Maar onderweg met de stralende zon, besloten we om toch nog eens een bezoekje te brengen aan de Phare de Poulains, maar dit keer in stralende zonlicht.
Het stralende zonnetje nam al snel plaats voor donkere wolken en ons uurtje strand konden we ferm op onze buik schrijven.
’s Avonds diner gehad in Hotel du Phare in Sauzon. Het restaurant was een zootje ongeorganiseerdheid, maar het eten was er lekker…
Deze dame zat geduldig haar beurt af te wachten tot ze zich meester kon maken van enkele restjes.Slaapwel
Dag 5 : Les Aiguilles de Port Coton – Locmaria (GR340)
Vandaag staat de grootste uitdaging van deze week op’t programma : te voet van Les Aiguilles de Port Coton naar Locmaria. Goed voor circa 25 km. We reden met de wagen tot in Locmaria, schaften ons een lunchpakketje aan en namen om 10h05 de bus naar Port Coton.
Er stond verschrikkelijk veel wind, ook de buschauffeur had er last van want ze had alle moeite om de deuren te kunnen sluiten. Bovendien regende het ook.
Geen optimale omtandigheden, maar ’t was nu of nooit want de rest van de week ziet het weer er nog minder goed uit. De eerste kilometers was het als balanceren op een touw. De wind beukte zodat het onmogelijk was om in rechte lijn te lopen, en af en toe heel kort bij de afgrond.
In een baai zien we een zeiler die schuilt voor de wind, maar het mag niet baten : het bootje dobbert heen en weer maar vooral op en neer. De schipper staart op het dek troosteloos voor zich uit.
Na een poosje stopt de regen; de temperatuur loopt – ondanks de wind – snel op en onze regenvestjes mogen uit.
Iets na 1h, het leek ervoor gemaakt, konden we ons neerzetten voor de lunch. Een lekkere baguette met kaas en ham. Mmmm het smaakte.
Hierbij de “making of”
Nog even de zolen van de wandelschoenen verwisselen, en deze meteen ook uitgieten. Ne mens staat er verstelt van hoeveel rommel er tijdens de wandeling in de schoenen terecht komt…
… daarbij horen ook serieuze hellingen.
Op regelmatige tijdstippen vinden we onderweg aanwijzingen van de plaats waar we zijn en belangrijk hoe ver het nog is naar de volgende plaats.
’t Is dat de afdalingen altijd beklimmingen achteraf betekenen…
Zie eens hoe schoon het zonneke op het water zit.
Dit bord gaf ons opnieuw goede moed. We dachten dat ons einddoel nog zeker dubbel zo ver was.
Het plannetje van de gevolgde weg.
Locmaria heette ons welkom. En wij verwelkomden onze lekkere pint. Dat hadden we begot toch zeker verdiend.
Na een verkwikkende douche gauw een telefoontje naar restaurant Roz Avel om een tafeltje te reserveren. Het eten was er overheerlijk. Moe en met een zekere trots konden we achteraf onze hoofdjes te rusten leggen.
Dag 6 : Le Palais
We beginnen deze nieuwe dag met een rebusje…
’t Was weer koekenbak vannacht… Wind, regen, nog regen, nog wa wind…
Vandaag beetje rondgelopen in Le Palais. We wilden uitzoeken waar de bushalte is, en waar we best de wagen parkeren voor onze tocht van morgen. Veel was er niet te beleven in ’t stadje. Maar best wel gezellig.
Rond het middaguur vielen de hemelsluizen weer open en besloten we de innerlijke mens te versterken met lokale lekkernijen. Veel raar volk in de boîte…
Na het eten nog wat rondgelopen. Mooi stadhuis, pleintje en kerkje… Omdat het opnieuw harder begon te regenen keerden we terug naar het hotel alwaar we ons wat te rusten legden om nog te bekomen van onze fysieke uitspattingen van de dag voordien.
Voor het avondeten besloten we toch om ons kot nog eens uit te komen. We reserveerden bij Pub Le Goëland in Le Palais. Veel belovende gebruikersbeoordeling op TripAdvisor, maar hetgeen wij ervan onthielden : veel geld voor toch niet zo’n denderend eten. Vergeleken met gisteren waren we vandaag meer geld kwijt, terwijl het eten gisteren veel verfijnder was.
Nog een laatste blik op de haven van Le Palais.
Daarna de wagen in richting Sauzon en ons bedje. Sloppel!
N.B. Voor de puzzelaars die de rebus niet konden oplossen : de oplossing is : “MANMANMAN, WAT EEN KLOTENWEER!”
Dag 7 : Locmaria – Le Palais (GR340)
Vandaag parkeren we de wagen aan de bushalte van Le Palais en nemen we lijn 3 naar Locmaria. De weerberichten zagen er ook weer gene vette uit; ’t wordt stillekesaan een traditie. 🙁
We laten het niet aan ons hart komen; het ziet er wel dreigend uit, maar’t is nog steeds droog. Om het lot niet te veel te tarten besluiten we de regenfrakskes in de rugzak te laten en er maar wat vaart achter te zetten.
Het gaat hier weer serieus bergop zulle!
“Les Grand Sables”, we zijn nu halfweg.
Het was al een tijdje aan het miezeren, maar tegen 13h30 was ons regenfrakske echt nodig. En dan vond een of andere pipo het nog nodig om te photobomben ook!?
Het eindpunt nadert met rasse schreden.
We dineren in het hotel, de menu / buffet zag er ok uit.
Dag 8 : Rondzwervingen + Plage de Vazen – Les Aiguilles de Port Coton (GR340)
Het regende een deel van de nacht en de weergoden besloten er nog een schepje bovenop te doen.
Pfff. Wandelen in dit weer is écht geen optie, dus besloten we wat rond te rijden en zien wat op ons afkwam.
Bij L’Apothicairerie besluiten we om even uit te stappen en een kijkje te gaan nemen naar de kustlijn. We waren daar vorige zaterdag ook langsgewandeld, maar dan in betere weersomstandigheden.
Aan de bushalte Les Menhirs stond er zowaar een menhir op ons te wachten. Zomaar, zonder dat we daar op zoektocht voor moesten, waar gaan we dat schrijven?
Aan Plage de Donnant parkeren we ons opnieuw. De zee is merkbaar veel wilder dan vorige zaterdag.
Daarna vervolgen we onze tocht naar Bangor. Klein stadje met wat huizen rond een kerktoren. Toch wel schattig dorpje.
Na de lunch in Bangor leek het er even beter uit te zien en besloten we het kleine stukje van de GR340 te doen dat we vorige zaterdag afgebroken hadden aan het strand van Vazen. Hoop en al waren dit slechts 4,350 km; dit zal wel lukken in de regen…
Waar blijft da wuf nu weer? Ah ze is fotookes aan’t nemen…
We stappen lustig door het land …
Terugkeren naar de wagen doen we via een andere weg.
Voor het diner reserveren we bij Le Petit Baigneur. Lekker, eerlijk eten.
Als voorgerecht kozen we een warm geitenkaasje.
Voor het dessert kozen we voor de befaamde ‘Pain perdu’ met caramel. Overheerlijk, maar de portie was toch een beetje groot.
We sloten af met een koffie’tje
Op de terugweg werden we getrakteerd op een mooie zonsondergang. Na een ganse dag mottige regen heeft Lola haar uiteindelijk toch nog laten zien.
Dag 9 : Le Palais – Sauzon (GR340)
Vandaag maken we de cirkel rond. De laatste etappe van de GR340 staat op het programma. Het wordt een stralende dag, de wandelschoenen lijken tijdig opgedroogd te zijn; én we hebben er allebei verschrikkelijk veel zin in.
Een dipje volgt als Diane met haar Canon een foto’ke wil schieten van de ochtendzon die straalt over de haven van Sauzon. Bij de eerste poging blijft de sluiter hangen, bij de tweede poging lijkt alles te lukken, maar de foto verschijnt niet op de display. Bij het bekijken op de laptop lijkt de opname in orde. We proberen alle standen van het fototoestel uit en enkel op de stand met het groene rechthoekje (automatische opname) lijkt er geen vuiltje aan de lucht. Via die weg kan ik ook de eerder genomen foto’s bekijken. Alles is nog niet verloren. De camera heeft duidelijk last gehad van de vochtigheid van gisteren. Gelukkig heeft de warmte van de zon dit probleem tijdig opgelost, nog voor we goed en wel op stap waren.
Om 10h00 nemen de bus van Lijn 2 aan de halte Sauzon Pen Prad naar Le Palais en beginnen daar rond 10h30 aan onze wandeling.
We waren bijna onze weg kwijt aan ‘La Citadelle Vauban’ omdat een groep van mensen op leeftijd zich juist gestald hadden voor de bewegwijzering. Gelukkig merkte Koen dit tijdig op zodat we toch een juiste start konden nemen. Hoewel de tocht veel minder lang was, toch waren de afdalingen en beklimmingen niet minder pittig.
Zo’n huisje zouden we wel zien zitten voor onze ‘ouden dag’.
Beuh wat gaat die hier presteren met haar zwart bakje?
Wat peisde van een stukske eten?
Tis goe. Kom maar op met de broodjes.
Eens de bocht om kunnen we in de verte ons hotel al zien liggen. Dat geeft goede moed.
Als het bergaf gaat is ze wel rap hé!
Nu scheidt enkel de baai van Sauzon ons nog van onze eindbestemming, maar we zijn er nog niet.
Dit stuk van de wandeling worden we getrakteerd op mooie uitzichten op Sauzon.
We hebben geluk, het is vloed, er staat water in de baai, dat geeft toch een veel mooier aanzicht.
Nu onze wandeling erop zit, hebben we nog even tijd om wat tijd te nemen voor een paar uurtjes op het strand ‘Des Grands Sables’. Ons diner nemen we opnieuw bij Le Petit Baigneur.
In het naar huis gaan nog snel een kiekje van de baai.
Dag 10 : de terugreis
Vandaag onze laatste halve dag op het eiland en het belooft een mooie dag te worden.
Nadat we de valiezen ingepakt hadden en uitgecheckt waren vertrokken we op onze laatste omzwervingen op het eiland. Onderstaand bootje waren we al ettelijke keren gepasseerd, hoog tijd voor een fotootje. Ma how zeg opnieuw een echte Menhir op onze baan. We hadden er eerder deze week ook al eentje gezien, maar wat een luxe, hier stond er nog een.
De zon was even gaan schuilen achter een wolkje…
Het restaurantje ‘Le Petit Beigneur’ waar we deze week twee keer voortreffelijk gegeten hadden.
En ondertussen was het tijd om ons klaar te maken voor de inscheping.
Zie ginds komt, neen niet de stoomboot, maar den overzetboot aan. Deze zat hier te genieten van het zonnetje, maar zodra de boot zich in beweging zette, vond ze het wel genoeg geweest en besloot ze ten lange leste om toch op het eiland te blijven.
We naderen de kust van Quiberon. Rond 17h00 zetten we voet aan wal. We maakten ons klaar voor de lange rit van 800 km huiswaarts. De voorziene tijd van aankomst was 1h35.