SDC – Etappe 29 : Palas de Rei – Arzúa (28,8km)

Vandaag rond de zessen uit bed gebeld. Nog ne keer gedraaid en blijven liggen. Nem!

Een uurke later dan toch opgestaan. Maar niet met een supergoed gevoel. Ik heb het waarschijnlijk te hard genegeerd, maar de schade van een schuifpartij op natte asfalt – eergisteren bij het verlaten van Sarría – lijkt groter dan gehoopt. Niet gevallen, recht kunnen blijven, maar in een onnatuurlijke houding een metertje of 2 de berg af geschoven/geskied. Had er niet te veel last van, maar een spier of een pees of kweeniewa in m’n scheenbeen laat sinds gisterennamiddag te veel van zich horen bij vlakke en dalende trajecten. Omhoog daarentegen is er geen probleem. De lange wandeldagen en het gebrek aan een rustdag (eigen schuld, dikke bult) zal er ook niet veel goed aan doen. Morgen doen we nog eens zot met een langer traject (28km), maar we lopen vrijdag Santiago binnen na een superkorte etappe van 11km. Beloofd! En de rest van de dag rust ik! Beloofd! Op m’n blote knieën op de houten bank in de kathedraal! Beloofd! En met een flesje wijn. Beloofd!

Zitten nu in een mooie, moderne herberg “The Way” met enkele grotere slaapzalen met stapelbedden, maar tevens met enkele kleinere zalen met een een 7-tal “gewone” bedden. We slapen vannacht in zo’n kleinere kamer; elk in een lekker, knus, mooi, vers gedekt eenpersoonsbedje, met elk z’n leeslampje en z’n stopcontactje.

Tijdens de zoektocht naar een diner vinden we een kwartiertje verderop een restaurantje dat eens een “ander” pelgrimsmenu in de aanbieding had. Nu drinken we een glaasje in de gemeenschappelijke ruimte van “The Way”. Fijn dat we Popeye hier tegen kwamen na z’n kort verblijf in het Pelgrims-hospitaal. Z’n collega-pelgrim bereikt morgen  Santiago. Superwoman!