Vrijdagochtend. De wekker liep zoals gewoonlijk af om 7h00. Misschien nog wat vroeg voor een vrije dag, maar we wilden Nick nog zien voor hij naar de les vertrok. Als de jongen goed en wel vertrokken was steeg ik op om onze bagage voor het weekend klaar te maken. Veel kak hingen we er niet aan en binnen de kortste keren was alles in orde. Valies en bak met schoenen opgeladen, nog langsgaan bij de bakker en tegen 8h50 stonden we voor de overweg van het station van Essene-Lombeek.
Eens dat opstakel voorbij konden we verder. We ondervonden niet te veel opstoppingen onderweg. De rit verliep quasi zonder problemen. In Etalle stopten we voor de broodnodige tankbeurt. Daarna konden we ‘on the road again’.
Rond 12h00 begonnen onze maagjes wat te knorren en besloten we de eerstvolgende ‘Aire’ te stoppen. Deze keer hadden we geluk met het uitzicht.
Doggy-style transport…
We naderen…
Rond 14h40, iets te vroeg volgens de regels van het hotel, arriveerden we ter plaatse. Gelukkig was onze kamer reeds klaar. In tegenstelling tot de moderne kamer van vorige keer kregen we ditmaal een ‘vintage’ slaapkamer. In mensentermen is dit : oude meubels proper opgekalefaterd. Het was weer wat anders, en gezien wij makkelijke logees zijn… 🙂
Na de traditionele foto’s en een klein sanitair stopje, besloten we Colmar te bezoeken. We waren hier al ettelijke keren doorgereden, maar hadden nog nooit de moeite genomen om het te bezoeken. We parkeerden ons in de ondergrondse parking aan Place Rapp. Eens bovengronds, zagen we een stadsplan hangen met een te volgen route.
Omdat we in het bezit wilden komen van zo’n plannetje besloten we op zoek te gaan naar de toeristische dienst. Daar aangekomen gingen we braaf in de rij staan. Er waren twee dames ter beschikking. Beiden hadden elk een koppel waar ze mee bezig waren. Dat viel nog mee. Dachten we. Het ene koppel zocht een hotel en wilde dit perse laten boeken in de toeristische dienst Waarom? Ze waren nochtans in het bezit van een smartphone… . Dan, bij de betaling, marcheerde die vent zijn American Express kaart niet. Het andere koppel wenste inlichtingen omtrent het festival van volgend jaar in de maanden juni/juli. Jezus Maria Jozef en maar blijven leuteren en zeveren… Ze vertrokken uiteindelijk met een telefoonnummer via hetwelke ze volgend jaar boekingen konden doen. Konden die dat nu niet opzoeken via onze beste vriend ‘Google’. Alle het was eindelijk aan ons. En zoals gewoonlijk kwamen wij wel onmiddellijk to-the-point. Binnen de minuut stonden wij buiten met de kaart en de te volgen route. We konden eraan beginnen.
De tocht startte bij het Unterlinden Museum. Via smalle straatjes met mooi versierde huizen vorderde onze tocht. We zagen verschillende thema’s van versieringen. Er was zelfs een huisje bij met paasversiering. Ofwel waren ze er hier zeer vroeg bij, ofwel waren ze met Pasen vergeten de versiering te verwijderen. Wie zou het zeggen?
Ook de overdekte markt lag op ons parcours. En dat is nu toch iets waar ik altijd tot aangetrokken ben. Dus wij naar binnen.
Wat mij iets intrigeerde was toch het steeds terugkerende fenomeen van de ooievaar.
Daar moest ik hoognodig mijn licht nog eens over opsteken. Het eerste wat ik tegenkom als ik het aan mijn grote vriend Google vraag is het volgende :
De Elzas staat bekend om zijn ooievaars. Deze vogel is hét symbool van Elzas. Er wordt wel gezegd “De Elzas zonder ooievaars, het is ondenkbaar”. In veel plaatsen, steden en dorpen in de Elzas zijn deze prachtige vogels dan ook aanwezig. Vaak hebben ze hun nesten op het dak van een kerk, op een toren of een andere hoge plek gebouwd. De vogels zijn hier voor de toeristen een graag gefotografeerde attractie. De plaatselijke middenstand maakt dankbaar gebruik van de aanwezigheid van deze vogels want in zo goed als ieder dorpje kom je wel een winkel tegen waar er allerlei ooievaar prullaria en knuffels verkocht worden.
Rond 18h00 waren we terug bij het beginpunt van onze tocht. We passeerden nog even aan het ‘Cour d’Appel’ en het station van Colmar. Daarna keerden we terug naar het hotel.
Na de douche maakten we ons klaar voor het avondeten bij Winestube de la Poterne. Lekker eten van de streek.
Om onze calorieën te verbranden moesten we nog een wandelingetje doen naar het hotel. Alwaar we deze effort opnieuw verbrodden door nog een overheerlijk glaasje Gewürztraminer Vendange Tardif te drinken.
Daarna was het bedtijd. Ik had niet zo’n goede nacht wegens ademhalingsnood – of het snot zoals dat in gewone mensentaal is.