Vandaag staat Sagres en Cabo Vincente (ofte Kaap Sint-Vincent in’t Vloms)
Onderweg aan een kraam langs de weg verse sinaasappeltjes en een zak gedroogde vijgen gekocht.
Niet veel later kwamen we aan bij Cabo Vincente, ofte het einde van de wereld. Allee, toch voor de wagen die naast de onze geparkeerd stond. De wagen aan de andere kant had een beetje onoplettend het portier opengedaan, en door de stoere wind was er een blutske geslagen in de andere deur… Al moet gezegd dat Dianeke ook verrast was door de wind als ze wilde uitstappen…. Haar portier stond ook bijna rond de motorkap gewrongen 🙂
Cabo Vicente vormt het zuidwestelijkste punt van het vasteland van Europa. De naam verwijst naar Vincentius van Zaragoza. De kust is er zo woest dat men dacht dat daar de wereld ophield te bestaan. Waar heb ik dat nog gehoord? Finisterra – West-Spanje 🙂
Er stond verschrikkelijk veel wind. We hadden moeite om in een rechte lijn naar onze bestemming te stappen 🙂 hier bereikten we dus het meest westelijke deel van Europa.
Nadien volgde een bezoek aan Fortaleza do Beliche, met een steile afdaling naar de waterlijn.
Vervolgens een wandelingske naar een kleine baai vlakbij. Door de hevige wind en het opvliegende zand kregen we een gratis epilering. Temperatuur viel al bij al mee, met de schamele 19°.
Dan was het tijd voor de Fortaleza de Sangres. Een open vlakte met een aantal historische achtergronden. Hier was de wind écht niet te doen. Op z’n minst 2000 Beaufort. Hoe komen we daarbij? Wel, als je in deze wind een foto neemt op 1/2000 van een seconde, en ’t resultaat is een onscherpe foto (door bewegingsonscherpte), dan kan j’er ervan uitgaan dat het toch om en bij de 2000 Beaufort is 🙂
Daar is het parcours om en bij de 2 km langs de watelijn. Op bepaalde ogenblikken zwalpten we over het plein als 2 zatlappen 🙂
Heb terplekke even opgezocht : tussen 8 en 9 bft…
Nadien reden we noordelijk naar Carrapateira, een plek waar nogal wat surfers verzamelen, voor een hapje en een drankje. Daar volgden we een lus van een kilometer of 6 langs de kliffen. Her en der waren staketsels gebouwd; de ene al wat spectaculairder dan de andere. Hier zagen was spectaculaire grillen van de natuur. Golven die met een rotvaart te pletter sloegen tegen de kliffen, en het opspattend water dat honderden (!) meters verder over de parkings raast. Het wordt nog fantastischer als je zėlf doelwit bent… Een keertje moesten we letterlijk kletsnat afdruipen… De Canon kreeg een wasbeurt, de Fuji werd gedoopt. En de wagen? Tja, die was onherkenbaar geworden van het zout en het opgewaaide zand. 🙂
Nadien nog even op zoek gegaan naar monolitische monumenten…allee, we hebben 1 menhir gevonden. (voor wie moest twijfelen, het is de rechtse op de foto 🙂 ).
Op de terugweg een intermarchė binnengewipt voor een patattenmes (voor de appelsientjes) en een spons om de ruiten van de wagen een beurt te geven, want – behalve de voorruit – zien we er amper nog door. We zagen ook bad-sponsjes liggen, dus die brachten wel ook mee. Benieuwd of ze er nog gaan liggen morgenavond.
We dineerden in een lokaal Portugese boite vlakbij en namen een pousse-cafeeke in de lobby.
Slaapwel allemaal!